Inhoud caddie

Agronomieseminar KLM Open 2018 - Kwaliteit golfbanen

Structurele speelkwaliteit was het thema op het agronomieseminar dat tijdens het KLM Open 2018 is gehouden. Het bracht beheerders van golfbanen (managers, baancommissies, hoofdgreenkeepers en aannemers), onafhankelijke adviseurs en verkopers bijeen.

Niels Dokkuma (NGF Duurzaam beheer/Agronoom) nam als eerste het woord en opende het seminar met een positief bericht. Aanleiding was een brief van de staatssecretaris van het Ministerie van Infrastructuur en Waterstaat. De strekking van de brief is positief met een compliment voor de golfsector voor de geleverde inspanningen om het gebruik van pesticiden uit te faseren. Speerpunt van de overheid blijft echter het volledig uitfaseren van het gebruik. De waarschuwing werd gegeven om als golfsport niet achterover te gaan leunen, maar de transitie volledig door te voeren en nog meer resultaat te boeken. Ondanks dat Niels blij was met de strekking van de brief, benadrukte hij ook om niet in deze valkuil te trappen maar door te gaan met uitfaseren.

"Het handboek is geen keurslijf, maar een gesprekshandleiding voor alle betrokkenen"

De nieuwe versie van het Handboek Kwaliteit golfbanen werd gepresenteerd. De eerste versie van 2014 was toe aan een grondige update. Met name is er nu gekeken naar de beoordeling van de technische kwaliteit middels een voor management en baancommissie goed te begrijpen stoplicht model. Aan de hand van de beheerkwaliteit als basis voor sportkwaliteit-pyramide, deed Sjaak zijn verhaal. “Kwaliteitszorg is niet ad hoc, je moet voortdurend bezig zijn met kwaliteit. Belangrijke vragen die je moet stellen zijn: welke kwaliteit wil je voor de baan, of zijn de gebruikers tevreden? Je moet keuzes maken. Waar ga je voor, wat past bij je baan. Zijn deze keuzes gemaakt, ga dan verantwoord aan de slag. Met name de laatste stappen zijn ontzettend belangrijk. In hoeverre voldoe je aan de afgesproken kwaliteit? En als je het niet hebt bereikt, waar ligt dat aan? Evalueren is namelijk essentieel in dit kwaliteitszorg proces.”

Gebruik data om op te sturen

Niels Dokkuma ging in op de in te vullen parameters en streefwaarden (zie bijlage 1 in het handboek). Begin met het invullen van de lange-termijn parameters. Die zijn essentieel om kwaliteitsverbeteringen door te gaan voeren. Dat zijn de eerste grijs gearceerde parameters, als je deze onder controle krijgt zal je zien dat de andere parameter ook ‘vanzelf’ beter worden. Niels benadrukte dat de gekozen streefwaarde veelal heel ambitieus zijn, maar wel het meest toekomstbestendig door het nemen van soms rigoureuze maatregelen. Wanneer er voor gekozen wordt hier niet naartoe te werken, komen de consequenties van mindere speelkwaliteit in de toekomst vanzelf. Het draait daarbij vooral om de focus op het reduceren van de schadedrempels van straatgras tot 10% in de greens. “Daar komt speelkwaliteit en cultuurtechnische kwaliteit samen!

"Onderbouw je keuzes, volg niet zomaar een trend"

Hoe structurele speelkwaliteit in de praktijk werkt, werd toegelicht door Koert Donkers. Voormalig hoofdgreenkeeper van Princenbosch en nu als adviseur op het gebied van duurzaam beheer en agronomie in dienst van de NGF. Ook hij benadrukt het belang van data. Kijk samen met de baancommissie waar je staat als baan. Begin met een nulmeting zodat je weet waar je staat op de duurzaamheidsladder en breng alles in kaart voordat je een plan maakt; machinepark, personeel, omgeving et cetera. Het hulpmiddel daarbij is het Handboek Kwaliteit golfbanen. Daarbij is één van de belangrijkste meetwaarden % organisch stof, gemeten op de juiste manier. Je moet kunnen onderbouwen waarom je bepaalde keuzes gaat maken en niet een trend volgen. Alleen dan weet je waar je mee bezig bent en kan je dit uitdragen naar alle betrokkenen. Koert noemt als grote valkuil voor de lange termijn de waan van de dag. Laat je hierdoor niet leiden en probeer de onderhoudskalender leidend te maken boven de speelkalender. Al beseft hij dat dat makkelijker klinkt dan het is.

Een duurzaam baanbeheerplan is geen doel, maar een middel om mee aan de slag te gaan

Jos Opdam, zelfstandig adviseur (Opdam Advies & Management) en baancommissielid (Keppelse Golfclub), vertelde over zijn expertise hoe je een duurzaam baanbeheerplan opstelt. De kern van een goed plan zit ‘m in de kracht van de herhaling, waarmee Jos doelt dat je niet alleen uitvoert wat er in het plan staat geschreven maar vooral evalueert en bijstuurt. Het baanbeheerplan is derhalve een goed middel om afspraken te maken en vast te leggen met alle betrokken partijen. Over het waarom van een baanbeheerplan is Jos duidelijk: je bent zeker van beheer op maat en naar de juiste behoefte, je zorgt voor continuïteit, het is resultaatgericht en je werkt aan de Green Deal.

Van een stortplek van gebaggerde grond naar een baan met het GEO-certificaat

Arjén Westeneng, baanmanager (Golfclub De Woeste Kop) liet praktijkvoorbeelden zien hoe hij te werk gaat in het verduurzamen van “zijn” baan. Gaandeweg zijn presentatie wordt duidelijk dat hij niet voor niets “Greenkeeper van het jaar 2018” is geworden. Aan de hand van statistieken per green toont hij aan hoe gedetailleerd er onderhoud wordt gepleegd. Gezien de samenstelling van de bodem heeft hij eigenlijk ook geen keuze. De Woeste Kop was voorheen een stortplek van grond uit het kanaal van Gent naar Terneuzen. Ups en downs typeren de ontwikkeling in onderhoud sinds er zes jaar geleden is begonnen met het lange termijn plan. De extreme droge zomer van 2018 laat zich in een beeld samenvatten waarin te zien in hoe weinig water er is gevallen; ook is het water zouter en zouter geworden. Het gras groeit dan niet en je moet dan na de warmteperiode meteen doorzaaien. De beloning voor alle inspanningen verwacht hij eind van dit jaar met het behalen van het GEO-certificaat.

"Communiceer goed naar de leden waarom je bepaalde beslissingen neemt"

De laatste spreker was Thomas Pihl. Hij werkt al jaren pesticidevrij, inclusief onkruidverdelgers. Hij ziet een zelfde situatie in Nederland nu als er was in Denemarken, echter is Nederland wel verder dan Denemarken toen was. De regels zijn voor zijn golfbaan zelfs weer iets teruggedraaid, sinds twee jaar mogen zeer terughoudend bepaalde pesticiden weer gebruikt worden. En dat brengt weer nieuwe dilemma’s met zich mee. Thomas houdt voor dat duurzaam baanonderhoud draait om kennis en data. Leid je mensen op, dat  zorgt ervoor dat alle betrokkenen een steeds hoger niveau halen. Richt daarnaast studieclubs met collega’s op. Doe vooral veel aan onderzoek, richt een testgebied in je baan in en verzamel de informatie die daaruit voortkomt. Het verzamelen van veel data verkleint het risico dat je verkeerde beslissingen neemt. Vergeet in het proces ook de leden van je club niet. Communiceer waar je mee bezig bent! Organiseer rondleidingen over de baan en laat ze zien wat je doet, waarom je dat doet en tegen welke problemen je als greenkeeper aanloopt. Als afsluiting pleit hij nogmaals om vooral te testen, wees niet bang om fouten te maken. Maar probeer het risico op fouten te verminderen door planmatig te werk te gaan.